Krijgsmachten over heel de wereld zijn tegenwoordig nog steeds verwikkeld in een proces van voortdurende technologische ontwikkeling. Dit gold vooralsnog voornamelijk de grotere wapensystemen. Sinds het einde van de jaren negentig is de militair en zijn / haar persoonlijke uitrusting echter ook onderwerp van deze trend tot modernisering. Rond 2005 kregen de programma’s steeds meer vorm en vanaf 2010 zijn de projecten klaar om in te worden gevoerd. Ondanks dat de diverse landen die dergelijke ontwikkelpaden op gang hebben gezet er voornamelijk eigen projecten op na hielden, zijn de uiteindelijke ontwikkelingen opvallend vergelijkbaar.
Het eerste aandachtspunt van elk toekomstig systeem is de directe uitrusting van de militair. Dit onderwerp kan uitgesplitst worden over een aantal onderdelen. Ten eerste moet de kleding zelf licht, ergonomisch, ventilerend en uitstekend gecamoufleerd zijn. Naast de traditionele visuele camouflage wordt nu ook aandacht besteed aan de infrarode straling, dus warmte, die elke soldaat uitzendt. De kleding reguleert dus de lichaamstemperatuur waardoor de gebruiker naast gecamoufleerd ook beter toegerust is om onder verschillende klimatologische omstandigheden zijn werk te kunnen blijven doen. Het Duitse ‘Gladius’ project zorgt er bijvoorbeeld voor dat een militair in temperaturen van -32 tot en met +45 graden kan blijven opereren.
Het tweede onderdeel behelst de bescherming van de militair dat naar gelang de situatie, of het zogenaamde geweldsspectrum, in modules opgewaardeerd moet kunnen worden. Dus naast de traditionele vesten en helmen kan hierbij gedacht worden aan extra beschermplaten voor schouders, armen en benen. Overigens vormt bij elk project het vest en de kleding zelf de basis, waar al naar gelang extra bescherming aan kan worden bevestigd of in kan worden geschoven.
Als er naar de helm gekeken wordt gaat het Nederlandse ‘Verbeterd Operationeel Soldaat Systeem’ (VOSS) in vergelijking met de andere projecten een stap verder. Niet per se wat betreft ballistische bescherming, maar het idee is om ook deze net als de rest van de uitrusting modulair te maken. De basis vormt een uitgeklede versie van de huidige helm, terwijl de complete helm het hoofd volledig bedekt. Overigens is de doelstelling van elk project om de helm bij wijze van spreken te ‘digitaliseren’. De communicatieapparatuur wordt geïntegreerd en een zogenaamde Head-Mounted Display (HMD) wordt toegevoegd. Met behulp van GPS kan hierop aangegeven worden hoe de omgeving eruit ziet en waar elk soldaat zich bevind waardoor getracht wordt ‘friendly-fire’ incidenten te verminderen en de algemene ‘situational awareness’ te vergroten. Daarnaast wordt de HMD bij een aantal projecten ook aangesloten op de richtkijker van het wapen, zodat de militair hierdoor om een hoek kan kijken zonder zichzelf bloot te stellen aan vijandelijk vuur.
Het laatste onderdeel van de uitrusting is de draagcapaciteit van de militair. Veel programma’s hebben een nieuw vest ontwikkeld welke ergonomisch beter is verantwoord. Het vest is de centrale component van alles wat op of aan het torso wordt meegedragen, zoals een radio, GPS, stroomvoorziening, rugzakken, drinkwatervoorziening en ballistische bescherming. In het vest loopt dus ook bekabeling om de verschillende apparatuur met elkaar te kunnen verbinden en van stroom te voorzien.
Het tweede punt betreft het zogenaamde C4I concept, oftewel ‘Command, Control, Communication, Computers and Information’. Het nieuwe systeem moet de infanteriesectie verbinden met de hogere echelons. Tot nu toe kon de compagniescommandant wel met de pelotonscommandanten spreken en zij op hun beurt met de groepscommandanten, maar daar hield het bij op. Nu kan ook de groepscommandant contact houden met de individuele manschappen. Daarnaast krijgen de soldaten met hun persoonlijke systemen een beter overzicht over het gevechtsveld. Dit gebeurt hetzij met de hierboven genoemde HMD of een alternatief scherm. Overigens blijft alleen de groepscommandant beschikken over een radio welke genoeg bereik heeft om met zijn superieuren te kunnen spreken. De radio’s voor de individuele militair hebben het bereik van ongeveer een kilometer wat voldoende is om hen in staat te stellen onderling in contact te blijven.
De uitbreiding van de persoonlijke uitrusting met dit soort apparatuur zorgt echter voor een vervolgprobleem, namelijk: waar haalt de soldaat de benodigde elektriciteit vandaan? De doelstelling bij de projecten is om een soldaat in ieder geval 24 uur van stroom te kunnen voorzien. De lithium-ion batterij vormt daarbij de basis. Het Franse Fantassin à Équipement et Liaisons Intégrés (FELIN) project zorgt daarnaast voor een lader op basis van een brandstofcel, waardoor een sectie twee extra dagen uitgestegen kan blijven opereren. Daarnaast moeten de batterijen gemakkelijk vervangen kunnen worden, waardoor dit probleem meer een deel wordt van het al bestaande logistieke proces. Overigens wordt een sectie ook meer geïntegreerd met een persoonlijk voertuig. In het geval van het Amerikaanse Future Force Warrior program is dit met het Stryker pantservoertuig. In het voertuig kunnen de batterijen opgeladen worden en bij een aantal projecten dient het ook als een soort steunzender.
Wat de projecten beogen te bereiken kan goed worden samengevat met een citaat uit het persbericht van Rheinmetall Defence welke verantwoordelijk is voor het Gladius project. Daarin staat:
‘The system enhances the performance of dismounted forces in the following capabilities categories: command and control, combat effectiveness, survivability and protection, sustainment and mobility. It brings the infantrymen on the ground directly into the network-enabled warfare loop.’
Vooral de laatste opmerking is belangrijk. De verregaande technologische ontwikkeling op het gebied van C4I heeft nu definitief de individuele soldaten bereikt en betrokken bij het zogenaamde ‘genetwerkte’ optreden.
Het eerste aandachtspunt van elk toekomstig systeem is de directe uitrusting van de militair. Dit onderwerp kan uitgesplitst worden over een aantal onderdelen. Ten eerste moet de kleding zelf licht, ergonomisch, ventilerend en uitstekend gecamoufleerd zijn. Naast de traditionele visuele camouflage wordt nu ook aandacht besteed aan de infrarode straling, dus warmte, die elke soldaat uitzendt. De kleding reguleert dus de lichaamstemperatuur waardoor de gebruiker naast gecamoufleerd ook beter toegerust is om onder verschillende klimatologische omstandigheden zijn werk te kunnen blijven doen. Het Duitse ‘Gladius’ project zorgt er bijvoorbeeld voor dat een militair in temperaturen van -32 tot en met +45 graden kan blijven opereren.
Het tweede onderdeel behelst de bescherming van de militair dat naar gelang de situatie, of het zogenaamde geweldsspectrum, in modules opgewaardeerd moet kunnen worden. Dus naast de traditionele vesten en helmen kan hierbij gedacht worden aan extra beschermplaten voor schouders, armen en benen. Overigens vormt bij elk project het vest en de kleding zelf de basis, waar al naar gelang extra bescherming aan kan worden bevestigd of in kan worden geschoven.
Als er naar de helm gekeken wordt gaat het Nederlandse ‘Verbeterd Operationeel Soldaat Systeem’ (VOSS) in vergelijking met de andere projecten een stap verder. Niet per se wat betreft ballistische bescherming, maar het idee is om ook deze net als de rest van de uitrusting modulair te maken. De basis vormt een uitgeklede versie van de huidige helm, terwijl de complete helm het hoofd volledig bedekt. Overigens is de doelstelling van elk project om de helm bij wijze van spreken te ‘digitaliseren’. De communicatieapparatuur wordt geïntegreerd en een zogenaamde Head-Mounted Display (HMD) wordt toegevoegd. Met behulp van GPS kan hierop aangegeven worden hoe de omgeving eruit ziet en waar elk soldaat zich bevind waardoor getracht wordt ‘friendly-fire’ incidenten te verminderen en de algemene ‘situational awareness’ te vergroten. Daarnaast wordt de HMD bij een aantal projecten ook aangesloten op de richtkijker van het wapen, zodat de militair hierdoor om een hoek kan kijken zonder zichzelf bloot te stellen aan vijandelijk vuur.
Het laatste onderdeel van de uitrusting is de draagcapaciteit van de militair. Veel programma’s hebben een nieuw vest ontwikkeld welke ergonomisch beter is verantwoord. Het vest is de centrale component van alles wat op of aan het torso wordt meegedragen, zoals een radio, GPS, stroomvoorziening, rugzakken, drinkwatervoorziening en ballistische bescherming. In het vest loopt dus ook bekabeling om de verschillende apparatuur met elkaar te kunnen verbinden en van stroom te voorzien.
Het tweede punt betreft het zogenaamde C4I concept, oftewel ‘Command, Control, Communication, Computers and Information’. Het nieuwe systeem moet de infanteriesectie verbinden met de hogere echelons. Tot nu toe kon de compagniescommandant wel met de pelotonscommandanten spreken en zij op hun beurt met de groepscommandanten, maar daar hield het bij op. Nu kan ook de groepscommandant contact houden met de individuele manschappen. Daarnaast krijgen de soldaten met hun persoonlijke systemen een beter overzicht over het gevechtsveld. Dit gebeurt hetzij met de hierboven genoemde HMD of een alternatief scherm. Overigens blijft alleen de groepscommandant beschikken over een radio welke genoeg bereik heeft om met zijn superieuren te kunnen spreken. De radio’s voor de individuele militair hebben het bereik van ongeveer een kilometer wat voldoende is om hen in staat te stellen onderling in contact te blijven.
De uitbreiding van de persoonlijke uitrusting met dit soort apparatuur zorgt echter voor een vervolgprobleem, namelijk: waar haalt de soldaat de benodigde elektriciteit vandaan? De doelstelling bij de projecten is om een soldaat in ieder geval 24 uur van stroom te kunnen voorzien. De lithium-ion batterij vormt daarbij de basis. Het Franse Fantassin à Équipement et Liaisons Intégrés (FELIN) project zorgt daarnaast voor een lader op basis van een brandstofcel, waardoor een sectie twee extra dagen uitgestegen kan blijven opereren. Daarnaast moeten de batterijen gemakkelijk vervangen kunnen worden, waardoor dit probleem meer een deel wordt van het al bestaande logistieke proces. Overigens wordt een sectie ook meer geïntegreerd met een persoonlijk voertuig. In het geval van het Amerikaanse Future Force Warrior program is dit met het Stryker pantservoertuig. In het voertuig kunnen de batterijen opgeladen worden en bij een aantal projecten dient het ook als een soort steunzender.
Wat de projecten beogen te bereiken kan goed worden samengevat met een citaat uit het persbericht van Rheinmetall Defence welke verantwoordelijk is voor het Gladius project. Daarin staat:
‘The system enhances the performance of dismounted forces in the following capabilities categories: command and control, combat effectiveness, survivability and protection, sustainment and mobility. It brings the infantrymen on the ground directly into the network-enabled warfare loop.’
Vooral de laatste opmerking is belangrijk. De verregaande technologische ontwikkeling op het gebied van C4I heeft nu definitief de individuele soldaten bereikt en betrokken bij het zogenaamde ‘genetwerkte’ optreden.
Bron: http://www.soldiermod.com/volume-2-06/images/articles/programmes/eda/eda-big.jpg
Bronnen:
Algemene tekst:
http://www.defenseindustrydaily.com/europes-21st-century-infantry-programs-0350/
http://en.wikipedia.org/wiki/Future_Soldier
German (Gladius) future soldier equipment
http://www.defpro.com/news/details/36605/
http://www.army-technology.com/news/newsgerman-army-orders-gladius-systems-from-rheinmetall
French (FELIN) future soldier equipment
http://www.defpro.com/news/details/121/
http://www.defense-update.com/products/f/felin.htm
Dutch (VOSS) future soldier equipment
http://www.defensie.nl/landmacht/actueel/nieuws/2009/03/26/46129444/Gevechtsmilitairen_krijgen_ultramoderne_helm
http://www.defensie.nl/actueel/nieuws/2011/04/08/46180672/Benelux_bundelt_krachten_voor_uitrusting_militair
http://www.soldiermod.com/summer-08/prog-voss.html
http://www.defensie.nl/actueel/nieuws/2012/07/09/46197354/Munitieakkoord_met_Belgie_tijdens_kennismaking
British (FIST) Future soldier equipment
http://www.army-technology.com/projects/fist/
USA future soldier equipment
http://www.army-technology.com/projects/land_warrior/
Algemene tekst:
http://www.defenseindustrydaily.com/europes-21st-century-infantry-programs-0350/
http://en.wikipedia.org/wiki/Future_Soldier
German (Gladius) future soldier equipment
http://www.defpro.com/news/details/36605/
http://www.army-technology.com/news/newsgerman-army-orders-gladius-systems-from-rheinmetall
French (FELIN) future soldier equipment
http://www.defpro.com/news/details/121/
http://www.defense-update.com/products/f/felin.htm
Dutch (VOSS) future soldier equipment
http://www.defensie.nl/landmacht/actueel/nieuws/2009/03/26/46129444/Gevechtsmilitairen_krijgen_ultramoderne_helm
http://www.defensie.nl/actueel/nieuws/2011/04/08/46180672/Benelux_bundelt_krachten_voor_uitrusting_militair
http://www.soldiermod.com/summer-08/prog-voss.html
http://www.defensie.nl/actueel/nieuws/2012/07/09/46197354/Munitieakkoord_met_Belgie_tijdens_kennismaking
British (FIST) Future soldier equipment
http://www.army-technology.com/projects/fist/
USA future soldier equipment
http://www.army-technology.com/projects/land_warrior/
Geen opmerkingen:
Een reactie posten